Luizen
Protocol Hoofdluis
Hoofdluisprotocol
Hoofdluis is een probleem van veel basisscholen. Een probleem dat ongewild veel overlast veroorzaakt. Hoofdluis is geen ziekte, maar iets dat iedereen kan overkomen. Hoofdluis bevindt zich graag op de schone hoofdhuid van kinderen. Op onze school proberen wij het hoofdluisprobleem zoveel mogelijk te beperken en, als het kan, helemaal uit te bannen.
Dit vraagt evenwel een goede samenwerking tussen school en ouders.
We gaan open en eerlijk om met hoofdluis. Hoofdluis hoeft namelijk geen taboe te zijn. In de klassen praten we er over. We moeten er met elkaar voor zorgen dat hoofdluis geen pestonderwerp wordt. Het moet voor iedereen duidelijk zijn dat je je er niet voor hoeft te schamen, maar dat het wel noodzakelijk is om snel te handelen bij constatering van hoofdluizen, om verspreiding te voorkomen.
Om hoofdluis vroeg te kunnen constateren worden door de luizenwerkgroep controles georganiseerd. De controlerende ouders worden in dit protocol luizenouders genoemd.
Controle
- Op maandagen na de grote vakantie, kerstvakantie en meivakantie worden alle leerlingen gecontroleerd op hoofdluis.
- Deze dagen worden in de jaarkalender vermeld. Wijzigingen worden in de nieuwsbrief weergegeven.
- Deze controle wordt verzorgd door de luizenouders.
- Bij herhaaldelijk terugkeren van luizen in een bepaalde groep kan de GGD door school worden ingeschakeld.
- De school kan ouders adviseren de hulp van de GGD in te schakelen om hen thuis te begeleiden met het verwijderen van de hoofdluis.
Luizen geconstateerd tijdens een controle
- De luizenouders brengen de klassenleerkracht na de controle discreet op de hoogte bij welke leerlingen hoofdluis is geconstateerd.
- De luizenouders bespreken dit kort met de bouwcoördinator bovenbouw de heer Ger Vranken.
- De luizenouders communiceren verder geheel niet over het wel of niet aantreffen van luizen in een groep of bij een kind.
- De controle groep zorgt voor luizenbriefjes voor de groepen waarin luizen zijn geconstateerd. De administratie/conciërge/luizenouder geeft de briefjes aan de leerkrachten, zodat zij ze in ieder geval nog op tijd mee kunnen geven.
- De luizenouders informeren de ouders/verzorgers van het kind met hoofdluis of neten. Ouders krijgen dan ook informatie hoe te handelen.
- Als een kind herhaaldelijk bij de controle positief wordt bevonden, neemt in principe de bouwcoördinator bovenbouw de heer Ger Vranken contact met de ouders op. Deze zal ouders dringend extra hulp adviseren, bijv. luizenouder of GGD, bij het verwijderen van luizen en/of neten.
Taken leerkracht (algemeen)
- Verkleedspullen, aanwezige knuffels, stoffen, kussens e.d. worden in een luchtdichte zak gestopt en op een koele plaats bewaard.
- Luizenbriefjes direct meegeven.
- Bij melding door ouder aan bouwcoördinator bovenbouw de heer Ger Vranken doorgeven. De bouwcoördinar bovenbouw de heer Ger Vranken zorgt ervoor dat de luizenouders ook op de hoogte zijn zodat deze extra een controle kunnen uitvoeren.
- Probeer open over hoofdluis te praten. Dring er bij de kinderen op aan (bovenbouw) dat zij zich niet hoeven te schamen. Praat met de kinderen die luizen hebben even apart zodat zij ook, zonder zich te schamen, bij jou terecht kunnen.
Taken ouders
- Ouders behandelen de haren van de kinderen waarbij hoofdluis is geconstateerd met speciaal daarvoor bedoelde shampoo of lotion.
Vervolg
- Na twee weken volgt er een na controle. Deze is alleen in de groepen waar luizen zijn geconstateerd.
- Mocht er opnieuw neten of luizen worden geconstateerd, dan treedt de bovenstaande procedure opnieuw in werking.